WUH/Emmerig

  • Cessie van huurtermijnen van tot de boedel behorende, aan derden verhuurde onroerende goederen is, voor wat betreft de na de dag van de faillietverklaring verschenen huurtermijnen, te beschouwen als cessie van toekomstige vorderingen die niet tegen de boedel kan worden ingeroepen.

    Een later faillissement doorkruist een eerdere verpanding bij voorbaat als de verpande vordering nog niet is ontstaan. De vordering betreffende huurtermijnen ontstaan niet allemaal bij het sluiten van de huurovereenkomst. Het ontstaan van de vordering is afhankelijk van de daadwerkelijke verschaffing van het huurgenot.

    (in tegenstelling tot een vordering onder opschortende voorwaarde of tijdsbepaling of tot terstond vaststaande periodieke betalingen, die terstond bestaan bij het sluiten van de desbetreffende overeenkomst.) 


    Rapporteer Plaats commentaar
  • Nog niet verschenen huurpenningen zijn toekomstige vorderingen

    Rapporteer Plaats commentaar
  • Wanneer is iets toekomstige?

    Onex is eigenaar van een aantal omroerende zaken deze verhuurt hij. De huurpenningen cedeert hij aan Westland/utrecht hypotheekbank. Hij gaat failliet WUH en de curator twisten over vraag of na het faillisement  verschenen huurtermijnen in jet faillisement vallen of voor WUH zijn. Hr: Vorderingen onder opschortende voorwaarde geen toekomstige maar bestaande (opeisbare)vorderingen zijn.  Nog niet verschenen huurtermijnen zijn. Zijn wel toekomstige vorderingen. Dat vloeit voort uit de aard van de overeenkomst. De tegenprestatie is onzeker. Een vordering is toekomstig als deze fahankelijk is van toekomstigfe onzekere gebeurtenissen.

    Rapporteer Plaats commentaar