W = C + Iep + G (zonder buitenland) wordt: W = ( C - Zc ) + (I - Zi) + (G- Zg) + X (met buitenland). Licht toe
C = totale consumptie gezinnen; Zc = invoer consumptiegoederen C - Zc = consumptie van ih binnenlands geproduceerde goederen I = totale investeringen bedrijven; Zi = invoer kapitaalgoederen I - Zi = aankopen van binnenlandse kapitaalgoederen G = overheidsbestedingen; Zg = goederen/diensten in buitenland aangekocht door overheid G - Zg = binnenlands geproduceerde goederen/diensten door overheid gekocht X = rest van binnenlands product aangekocht door buitenland