TSH stimuleert de schildklier om jood (I) op te nemen, nieuwe schildkliercellen te vormen en thyroxine te produceren en af te geven. Een verhoogde thyroxineproductie leidt tot een toename van de intensiteit van de stofwisseling. Gevolgen hiervan zijn:
gewichtsverlies
toename van de eetlust
rusteloosheid
De schildklier kan ook te weinig thyroxine produceren, dit leidt tot en afname van de intensiteit van de stofwisseling. Gevolgen hiervan zijn:
gewichtstoename
afname van de eetlust
vermoeidheid
je hebt het sneller koud
beperkingen in de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling (kinderen)