Tijdens het rechtsgeding houdt de rechter zich bezig met vragen:
348 Sv:
1 dagvaarding geldig, zo niet nietigheid ervan
2 rechter bevoegd, anders onbevoegdheid van de rechter
3 OM ontvankelijk, zo niet, niet-ontv.heid OM
4 kan vervolging zonder schorsing worden voortgezet, zo niet schorsing ervan.
350:
1 is tll bewezen, zo niet vrijspraak
2 is bewezenverklaarde strafbaar, zo niet ontslag van rechtsvervolging
3 is dader strafbaar, anders ontslag van rechtsvervolging
4 welke straf/maatregel moet worden opgelegd.

Rapporteer Plaats commentaar