T-Mobile Netherlands/Klomp HR 02-11-2012, LJN BW9865

De agentuurovk tussen T-Mobile en Klomp is opgezegd. Vastgesteld moet nu worden wat Klomp (K) nog van T-Mobile moet ontvangen. 
K ontvangt als onderdeel van de provisie een bedrag dat hij praktisch aan cadeaus en dergelijke moet besteden, daarnaast ontvangt hij een vergoeding van reclamekosten. Van welke bedragen moet worden uitgegaan in het licht van art. 7:442 lid 1 en 2 BW? Specifiek. 

• Dient bij de berekening van het plafond van 7:442 lid 2 te worden uitgegaan van bruto- of nettoprovisie? > bruto
  
• Dient bij 7:442 lid 1 sub b ook te worden uitgegaan van de vergoeding van reclamekosten > nee
  

De HR legt de bepalingen over agentuurovereenkomsten richtlijnconform uit, ook al is dat niet strikt noodzakelijk. Vervolgens gaat het om de vergoeding ex art. 7:442 lid 1 en 2 BW. Die wordt berekend in drie fasen:

1. de voordelen die transacties met door de handelsagent aangebrachte relaties moeten worden gekwantificeerd, 7:442 lid 1 onder a.
   
2. beoordeeld moet worden naar de omstandigheden van het geval of de vergoeding naar billijkheid moet worden aangepast, lid 1 onder b en
   
3. beoordeeld moet worden of het maximum van lid 2 niet wordt overschreden > wat is het maximum?
   

Onder beloning (plafond) in de zin van art. 7:442 lid 2 BW moet worden begrepen elk voordeel voor de handelsagent = brutobeloning. Wel uitgezonderd zijn vergoedingen voor daadwerkelijk te maken en gemaakte kosten (o.a. reclame).