Op weefselniveau vormen membranen ook barrières. Membranen bestaan uit een combinatie van bindweefsel en dekweefsel.

Slijmvliezen (mucosae): Bekleden holle ruimtes die met de buitenwereld in contact komen (bijvoorbeeld spijsverteringskanaal). Veel slijmvliezen zijn met eenlagige dekweefsels bekleed met de functie opname of afscheiding.  

 

Sereuze membraan: Bekleden de afgeslote inwendige delen van de ventrale lichaamsholte. Er zijn drie sereuze membranen die elk bestaan uit eenlagig dekweefsel. De pleura: bekleed de pleuraholten en omgeeft de longen. Peritoneum: bekleed de buikholte en bekleed de oppervlakte van de organen. Pericardium: bekleed de pericardiale holte en omgeeft het hart.

 

De huidlaag: omgeeft de oppervlakte van het lichaam. Bestaat uit plaveiselepiheel en onderliggend dicht dekweefsel. Huidlaag is dik, waterdicht en droog.

 

Synoviaalvliezen: Gewrichtsholte  van vezelige kapsels van gewrichten die vrije beweging toelaten zijn met dit vlies bekleed. Bestaat vooral uit los bindweefsel en een onvolledige laag dek weefsel. Het synoviaal vocht zorgt voor smering van het gewricht en maakt het soepel bewegen mogelijk.

Rapporteer Plaats commentaar