Non-directief:

-          Interviewer is meer praatpaal dan gespreksleider
Stelt de beginvraag en laat de geïnterviewde de vrije hand.

-          Doel is: geïnterviewde op de praatstoel krijgen,

-          Voordelen: veel info, geïnterviewde voelt zich fijn,
Hoge acceptatiegraad.

-          Nadeel: weinig relevante informatie
Relevantiegraad is laag.

 

Directief:

-          Interviewer is gespreksleider,

-          Doel is: specifieke informatie verkrijgen,

-          Voordeel: informatie relevant,
Relevantiegraad hoog.

-          Nadeel: geïnterviewde voelt zich minder fijn,
Acceptatiegraad laag.

 

Zacht-directief:

-          Gesprek heeft neutraal karakter,
Gewoon een prettig interview op neutrale toon.

-          Kragen zijn open of neutraal.

 

Hard-directief:

-          Gesprek heeft vijandig karakter,
stuurt de gesprekspartner dwingend in een richting.

 

-          Vraagstijl is bijna kruisverhoor.

Rapporteer Plaats commentaar