Noem voorbeelden van verhuld, niet-verhuld, participerend en niet-participerend observeren.
Verhuld participerend Je gaat als mysterieshopper een warenhuis bezoeken om klantvriendelijkheid vast te stellen.
Niet-verhuld participerend Je gaat als verkoper werken in een warenhuis en zegt uit ethische overwegingen tegen de andere verkopers dat je een onderzoeker bent.
Verhuld niet-participerend Komt vrijwel niet voor.
Niet-verhuld niet-participerend Je bekijkt videobeelden van de bewakingscamera's van het warenhuis.
Verhuld participerend Je gaat als mysterieshopper een warenhuis bezoeken om klantvriendelijkheid vast te stellen
Niet-verhuld participerend Je gaat als verkoper werken in een warenhuis en zegt uit ethische overwegingen tegen de andere verkopers dat je een onderzoeker bent
Verhuld niet-participerend Komt vrijwel niet voor
Niet-verhuld niet-participerend Je bekijkt videobeelden van de bewakingscamera's van het warenhuis