Noem vijf kenmerken van een bn.

  • 1. Een bn staat meestal voor een zn. 
    2. Soms staat het bn niet in de buurt van het zn: de leerlingen liepen na de les opgewekt het lokaal uit.
    3. Een bn heeft vaak een korte vorm zonder -e en een lange vorm met -e: sterk-sterke, vies-vieze, droog-droge.
    4. Een bn kent de trappen van vergelijking: gaaf-gaver-gaafst
    5. Een stoffelijk bn heeft maar één vorm en eindigt vaak op -en. Een uitzondering is bijv. nylon. Het staat altijd voor het zn. En het heeft geen trappen van vergelijking.

    Rapporteer Plaats commentaar