Noem verschillende methodes om de prestatie van een processor te verbeteren. Leg ook de afwegingen uit waarom juist op een bepaald niveau in de architectuur deze methode effectief is.

1. Instructieparallellisme: we maken de processor sneller door pipelining en multiple issue toe te passen.
2. Multicore-parallellisme: door beperkingen in IC-technologie, instructieparallellisme en cachegeheugens plaatst men meerdere (relatief eenvoudige) processorcores op een chip, wat eenvoudiger is dan een processor alsmaar kleiner en sneller te maken (daar zijn beperkingen aan, blijft niet eeuwig duren).
3. Multiprocessor-parallellisme: om de snelheid nog op te voeren, worden gespecialiseerde taken uitbesteed aan aparte processors.