Noem / leg uit: drie theorieën over herstel.

  • De artefacttheorieën: deze theorieën gaan uit van primaire stoornissen, die direct het gevolg zijn van beschadigde hersendelen, en secundaire stoornissen als uiting van tijdelijke fysiologische ontregeling van de hersenen. Alleen de secundaire stoornissen verdwijnen in de loop van de tijd, terwijl de primaire stoornissen niet herstellen.

     

    Anatomische reorganisatie van functies, bijvoorbeeld door neural sprouting neuronal unmasking en denervation hypersensitivity.(duidt op veranderingen in de organisatie van de hersenen van individuen als gevolg van ontwikkeling, leren of ervaring )

     

    Een derde theorie betreft de compensatie of reorganisatie, doordat de patiënt een andere manier leert om tot hetzelfde resultaat te komen.
    Bijvoorbeeld: een patiënt die door een herseninfarct niets kon waarnemen in een deel van het visuele veld, kon de eerste weken niet lezen en had zeer veel moeite met het herkennen van gezichten. Na verloop van tijd herstelden deze problemen. Deze patiënt leerde onbewust om zijn visuele veld te richten op gedeelten van een woord of gezicht, zodat hij de relevante informatie kon waarnemen in het onderste visuele vel. Als hij naar een gezicht keek, richtte hij zijn blik bijvoorbeeld op het rechteroog. Hierdoor werd het grootste deel van het gezicht in het functionele deel van het visuele veld geplaatst, waardoor de patiënt het gezicht toch kon herkennen.

    Rapporteer Plaats commentaar