Noem kenmerken van Macro-omgevingsfactoren

·Marktpartijen zijn alle personen en instellingen binnen een bedrijfskolom die zich bezighouden met het voorstuwingsproces van de goederen c.q. diensten van oerproducent naar finale consument.
oToeleveranciers: Leveranciers de een onderneming bevoorraden.
oConcurrenten: Alle aanbieders die zich op dezelfde groep potentiele afnemers richten.
oHandelsschakels: Een bepaalde structuur waarbinnen de afnemers gewend zijn producten te kopen en/of consumeren.
oFinale consument: De belangrijkste marktpartij waarop de marketinginstrumenten worden aangepast.
·Stakeholders en publieksgroepen: partijen die belang hebben bij het reilen en zeilen van de onderneming en daar soms invloed op proberen uit te oefenen.
oMedia: Persmedia, zoals dagbladen en ethermedia, radio en tv kunnen de marktpartijen beïnvloeden door middel van hun berichtgeving.
oOverheid: Kan invloeden uitoefenen door bijvoorbeeld vergunningen uitgeven, bereikbaar maken van industriepleinen en invoeren van een koopavond.
oBelangenorganisaties: Kunnen invloed uitoefenen op een bedrijf of branche, bij de planning van de marketinginstrumenten moet rekening gehouden worden met het bestaan van deze organisaties.
oPublieke opinie: Beïnvloedt de omzet en maakt het aantrekken van vreemd kapitaal en goede medewerkers mogelijk.
·We onderscheiden vier concurrentieniveaus.
oBehoefteconcurrentie: de concurrentie tussen verschillende behoefte van een bepaalde afnemer, bijvoorbeeld nieuwe auto of op vakantie gaan.
oGenerieke concurrentie: de concurrentie tussen verschillende soorten producten die eenzelfde behoefte kunnen vervullen, bijvoorbeeld: dranken – frisdrank, melk, sap.
oProductvormconcurrentie: de concurrentie tussen verschillende technische verschijningsvormen van eenzelfde product, bijvoorbeeld: auto – SUV, station.
oMerkconcurrentie: de concurrentie tussen verschillende merken van een bepaald product die elkaars substituten zijn, bijvoorbeeld: Pepsi Cola, Coca Cola, Freeway.
·Concurrentiekrachten van Porter
oDe macht van de toeleveranciers: Toeleveranciers kunnen macht uitoefenen door te dreigen met verhoging van kosten of verlaging van kwaliteit.
oDe macht van de concurrentie: Branche met heftige prijsconcurrentie zal weinig winstgevend zijn.
oDe macht van de afnemers: Afnemers kunnen de prijs onder druk zetten door concurrenten tegen elkaar uit te spelen.
oDe macht van substituutproducten: De substituten beperken de potentiele opbrengsten voor een bedrijfstak.
oDe macht van nieuwe toetreders: Nieuwkomers in een bedrijfstak streven naar marktaandeel en zorgen voor extra capaciteit. De prijzen kunnen hierdoor dalen of de kosten van de huidige ondernemingen kunnen hoger worden. Beide hebben een negatief effect op de winstgevendheid.