LICHAAMSHOUDING - gezicht:richting (naar de ander) en uitdrukking (toont je dat je betrokken bent) - taalgebruik en inhoud afstemmen (op leeftijd, trager of intelligent)(op de leefwereld)(op het doel) - alert zijn op reacties of signalen van misverstand (zo nu en dan ook controlerende vraag stellen waarbij je zelf de boodschap herhaalt die onthouden moet worden. - ruimte bieden voor reacties (even de tijd geven om gedachten te ordenen)(altijd een ontvangstbevestiging geven: bvb hummetje of ja of dankjewel)(soms ga je op reactie in,soms niet je wilt interactie in 3 soorten: verticale, horizontale, integrale-)
ENKELE GESPREKSDOELEN: - informatie verstrekken (kinderen: kort, volw: De essentie en kort genoeg om in 1x te onthouden) - mening geven (kort en wees er vooral duidelijk over dat het een mening, die ook nog kan verandering, is en geef altijd onderbouwing)