Noem enkele wetten als voorbeeld van nationaal gezondheidsrecht.
Op gebied van structuur en functioneren: Wet bijzondere medische verrichtingen (1997); Wet marktordening gezondheidszorg (2006); Wet toelating zorginstellingen (2005)
Op gebied van veiligheid en kwaliteit: Geneesmiddelenwet (2007); Wet op de medische hulpmiddelen (1970); Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (1993); Kwaliteitseisen zorginstellingen (1996); Wet inzake bloedvoorziening (1998)
Op gebied van financiële toegankelijkheid: Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (1967); Zorgverzekeringswet (2005); Wet maatschappelijke ondersteuning (2006)
Inzake de rechtspositie van de patient: Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (1994); Wet klachtrecht cliënten zorgsector (1995); Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (1996)
Ter bescherming van derdenbelang: Wet op de orgaandonatie (1996); Wet op de medische keuringen (1997) Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen (1998)
Met betrekking tot collectieve gezondheidsbescherming: Wet op het bevolkingsonderzoek (1992); Wet publieke gezondheid (2008)