Noem enkele voorbeelden van gedragingen die gerelateerd zijn aan een verminderde kwaliteit van leven van patienten. Maak daarbij onderscheid tussen fysieke gezondheidsproblemen en psychologische en sociale gezondheidsgerelateerde problemen

  • Fysieke gezondheidsproblemen
    • Gedragingen van de patient die die de fysieke klachten kunnen verminderen/vermeerderen:  niet adequaat reageren op fysiek klachten -> niet tijdig stellen diagnose, medicijnontrouw, niet opvolgen leefstijladviezen, omgaan pijnmedicatie
    • Gedragingen van de hulpverlener: onvoldoenden communicatie arts en patient -> onvolledige anamnese en vertraagde diagnose
    Psychologische gezondheidsgerelateerde problemen
    • Gedragingen van de patient die leiden tot depressieve gevoelens, angst, verdriet, schaamtegevoelens etc.
    • Passief gedrag: uit angst voor diagnose niet naar huisarts gaan -> angst versterken/in stand houden
    • Niet-functionele coping kan leiden tot angst, depressie of controle verlies. Afhankelijk van fase ziekte actieve probleemoplossende coping beter dan passieve emotionle coping en vv
    • Hulpverlener onderkent onvoldoende de psychologische problemen bij de patient
    Sociale gezondheidsgerelateerde problemen
    • Bijv. gebrek aan steun, eenzaamheid, afhankelijkheid of seksuele problemen
    • Verschillenden gedragingen kunnen hieraan bijdragen:
    • Disfunctionele coping door patient/ niet goed om kunnen gaan met beperking tgv ziekte
    • Onvoldoende steun vragen
    • Onvoldoende/verkeerder steun bieden door naasten ( bijv. medelijden ipv actief meedenken)
    • Onvoldoende ondersteuning hulpverlener door gerichtheid op alleen medische aspecten

    Rapporteer Plaats commentaar