Noem en beschrijf de belangrijkste repositories die een KMS gebruikt volgens Jennex

  • Jennex (2005) noemt drie typen: verzamelingen documenten op papier, verzamelingen elektronische documenten en databases, en verzamelingen zelfgeheugens (self memories).
    • Documenten op papier
      De documenten op papier bestaan uit hard copy documenten en bevatten organisatiebrede referenties en verwijzingen op groepsniveau die zijn opgeslagen in centrale bewaarplaatsen, zoals in een bedrijfsbibliotheek. Voorbeelden zijn rapporten, procedures, beelden, videobanden, audiocassettes, en technische normen. Een belangrijk deel van deze kennis ligt opgeslagen in de chronologische geschiedenis van veranderingen en wijzigingen aan deze papieren documenten. Daaraan ziet men tevens de ontwikkeling van de cultuur van de organisatie en de besluitvorming. Toch houden de meeste organisaties geen afzonderlijke geschiedenis van veranderingen bij, maar beschikt men meestal wel over meerdere documentversies
    • De gecomputeriseerde documenten/de gegevensbestanden
      omvatten alle gecomputeriseerde informatie die op het niveau van de werkgroep of hoger wordt bijgehouden. Deze kunnen ter beschikking worden gesteld door middel van downloads naar individuele werkstations, of kunnen in centrale gegevensbestanden of bestandsystemen zijn opgeslagen. Bovendien omvatten de computerdocumenten de processen en de protocollen die in de informatiesystemen zijn ingebouwd. Deze worden weerspiegeld in de interface tussen het systeem en de gebruiker die daarmee toegang krijgt tot de gegevens, en door de formaten van gestructureerde systeeminput en output. De nieuwere aspecten van dit type van repositiry zijn digitale beelden en audioopnamen. Deze vormen van kennis verstrekken rijkere details maar vereisen uitgebreidere opslag - en transmissiecapaciteiten.
    • Het zelf-geheugen
      omvat alle documenten en computerdocumenten die door een individu zijn bijgehouden evenals het eigen geheugen en de persoonlijke ervaringen van het individu. Typische artefacten omvatten dossiers, notitieboekjes, geschreven en ongeschreven herinneringen, en andere archieven. Deze hebben typisch geen officiële basis of formaat. Het zelfgeheugen wordt bepaald door wat belangrijk is voor elke persoon en verwijst naar zijn of haar ervaring met de organisatie.

    Rapporteer Plaats commentaar