Op de man spelen: de gesprekspartner wordt aangevallen i.p.v. het argument.
Beroep op autoriteit: er wordt op algemene manier naar de wetenschap verwezen.
Populistische drogreden: er wordt beroep gedaan op gevoel in plaats van op verstand. Bv. inspelen op vooroordelen of beweren dat 'iedereen' iets vindt.
Hellendvlakredenering: aandacht wordt verschuiven van de eigenlijke kwestie, naar een kwestie die veel erger is.
Cirkelredenering: bv. de overheid moet buurthuizen financieren, want dat is haar taak.
Valse analogie: twee zaken die weinig overeenkomst hebben worden met elkaar vergeleken.