Noem een aantal beheernormen, -methodieken en -modellen.

  • Naast het hiervoor beschreven drievoudige model van beheer en de daarbij beschreven best practices is er nog een aantal modellen/methodieken/normen dat gebruikt wordt (zie H9 van [Loo11] voor details).

    1. drievoudige model van beheer - Beheer wordt opgedeel in Functioneel-, Applicatie en Technisch beheer waarbij (BISL, ASL en ITIL op van toepassing zijn)
    2. ISO 20000 - Dit is de internationale (en certificeerbare) norm voor ITservice management (ITSM). Deels gebaseerd op ITIL (v2). Bevat de normen voor dertien processen in vijf clusters:
    3. COBIT - Control objectives for information and related technology - beheermethode op basis van een driedeling (de zichtbare vlakken van een getekende kubus): 
    4. Capability maturity model integrated (CMMI) - opvolger van CMM (zie hiervoor H3 van deze module). werkt met vijf niveaus van volwassenheid: 
    5. NEN 3434/ISO 26500 - Nederlandse norm (wordt ISO 26500 als deze internationaal erkend wordt) voor applicatiebeheer (ASL). De norm definieert in totaal zes volwassenheidsniveaus (die grotendeels overlappen met die van CMMI) waarbij steeds de zg. plan-do-check-act-cyclus als belangrijk uitgangspunt is genomen:
    6. IS012207 - norm voor software lifecycle-processen. Dekt (net als ISO 20000) niet het volledige applicatiebeheer af. Kent vijf primaire processen (acquisitie, levering, ontwikkeling, operatie, onderhoud) en enkele ondersteunende processen (documenteren, configuratiemanagement, quality assurance, verificatie, validatie, review, audit, probleemoplossing). Deze norm stelt naast eisen aan activiteiten van de ICT-organisatie (zoals ook NEN 434 dat doet), ook eisen aan de activiteiten van de 'vraagorganisatie' (wals acquisitie, specificatie van systeemeisen en testactiviteiten).
    7. ISO 14764 - verdere uitwerking van de eisen die ISO 12207 stelt aan onderhoud (met name voor leveranciers van standaardpakketten).
    8. ISO 38500 - norm voor corporate governance of information technology (zie ook Hl van deze module). Primair gericht op de directies van ondernemingen. De norm stelt zowel eisen aan ICT als aan het bedrijf.
    9. INK-managementrnodel- model van het Instituut Nederlandse Kwaliteit voor de inrichting van een organisatie. Relateert de organisatie aan het resultaat (zie de figuur 'INK-managementrnodel' in H9 van [Lool1] voor de indeling die daarbij wordt gehanteerd). Werkt op basis van groeifasen binnen een organisatie:
    10. Balanced scorecard (BSC) - managementinstrument dat helpt bij het opstellen en verhelderen van strategie en visie. BSC gaat uit van vier perspectieven en het begrip prestatie-indicator (een meetbaar gemaakte doelstelling).
    11. ISO 9001:2000 - norm voor de opzet en controle van een  kwaliteitsmanagementsysteem. Deze norm is inmiddels opgevolgd door de recentere ISO 9001:2008. 
    12. ISO 90003 - beschrijving van de toepassing van ISO 9001:2000 op software en gerelateerde diensten.  

    Rapporteer Plaats commentaar