Noem de vijf kenmerkende aspecten van tijdvak 4. Noem de naam van het tijdvak en noem de tijd.

  • Tijdvak 4: Tijd van steden en staten (1000 tot 1500, late middeleeuwen)

    1. De opkomst van handel en ambacht legde de basis voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving.
    2. De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.
    3. Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben. (Investituurstrijd)
    4. De expansie van de christelijke wereld, onder andere in de vorm van kruistochten.
    5. Het begin van staatsvorming en centralisatie.

    Rapporteer Plaats commentaar