Lange pijpbeenderen -> armen en benen, de enige met centrale mergholte. Korte pijpbeenderen -> handpalm, voetrug, vingers, tenen. Platte beenderen -> schedel, heupbeenderen, ribben, borstbeen, schouderbladen. Onregelmatige beenderen -> hand- en voetwortelbeentjes, wervels en sleutelbeenderen.