Noem de twee omstandigheden waaronder een deelneming fictief wordt geacht een beleggingsdeelneming te zijn. Wanneer zal het fictief oogmerk van (2) worden tenietgedaan?
(1) De geconsolideerde bezittingen bestaan grotendeels uit (aandelen)belangen van minder dan vijf procent of (2) Groepsfinancieringswerkzaamheden. Bij actieve financieringswerkzaamheden.