Noem de twee basisideeen achter de aalhandleingstheorie
A er is onderscheid tussen wat er door een uiting wordt uitgedrukt (de propositie) en de betekenis die samenhangt met de manier waarop de uiting wordt gebruikt (en met alle performatieven)
B uitingen van elk soort kunnen als handelingen op locutionair, illocutionair en perlocutionair niveau geanalyseerd worden