1. Wat bepaalt het concurrentievoordeel ten opzichte van andere organisaties? 2. Bepalen welke posities in de workforce bij uitstek bijdragen aan het realiseren van dit concurrentievoordeel (de A-posities) 3. De A-posities bemannen met de A-spelers 4. Gericht investeren in de A-posities en A-spelers op zo'n manier dat zij optimaal bijdragen aan het realiseren van de organisatiestrategie.