Noem de kenmerken van een bruine boon. Geef ook zoveel mogelijk de functies op.
Zaadhuid - vlies wat om het zaad zit Navel - plaats waar het zaad aan de moederplant heeft gezeten Poortje - een opening in de zaadhuid. Het neemt water op bij de keiming Hartvormig bultje Twee zaadlobben - bevatten reservevoedsel Kiem - de kiem groeit uit het kiemplantje