Noem de fase-indeling voor de verschillende ontwikkelingsfasen van groepen van Tuckman en Jensen.

  • - Oriëntatiefase (forming): Groepsleden leren elkaar kennen, nog geen uitgesproken mening, onzekerheid over de manier van met elkaar omgaan overheerst, geen duidelijke structuur. Als leden zich als groep gaan beschouwen is orientatiefase afgerond.
    Oyster onderscheidt twee subfasen:
    Lidmaatschapsfase: wanneer groep voor het eerst bij elkaar komt. Spanning omdat leden nog niet weten wat ze van groep kunnen verwachten.
    Subgroepfase: groepsleden trekken naar elkaar toe met wie ze iets gemeenschappelijks hebben. Spanningsniveau daalt, er worden coalities gesloten en langzaamaan voelt iedereen zich op zijn gemak.
    - Conflictfase (storming):leden gaan zich meer uitspreken en elkaar testen. Verschillen in opvattingen worden duidelijker en er ontstaan conflicten en polarisatie. Leden verzetten zich tegen leiding en elkaar. Hier bestaat gevaar dat groep uit elkaar valt. Als dit niet gebeurd dan einde conflictfase
    - Integratiefase (norming): cohesie groeit, sterke identificatie met groep, onderlinge relaties hechter (vriendschappelijk).Overeenstemming in denkbeelden, bereidheid gemeenschappelijk oplossingen zoeken, gemeenschappelijke taal, Normen en rollen van groepsleden worden duidelijk.
    - Uitvoeringsfase (performing): Fase van volwassenheid. Alle energie komt vrij voor vervullen van taken.
    - Eindfase (adjourning): groep houdt op te bestaan omdat taak beëindigd is, men raakt op elkaar uitgekeken, belangrijke leden treden uit groep, enz. Deze fase overgang naar volgende groep of volgend project.

    Rapporteer Plaats commentaar