Noem de drie algemene prijsmethoden en beschrijf per methode een voorbeeld. 

1. Kostengeoriënteerde prijszetting (Kostprijs + winstmargen ) 
   
2. Concurrentiegeoriënteerde prijszetting (obv prijzen van concurrent) 
   
3. Vraaggeoriënteerde prijszetting (obv vraag naar product)
   

OF

1. Value-based pricingHet onderzoeken en analyseren van de manier waarop de klant de waarde van een product ziet en de prijs die de klant bereid is te betalen. Het bedrijf gaat hierbij op zoek naar manieren om het product tegen een redelijke prijs beschikbaar te maken (target costing), waarbij een redelijke winstmarge wordt verdiend of andere marketingdoelstellingen kunnen worden behaald.  Voorbeeld: kleding van dure kledingmerken
2.  Kostprijs-plus-methode Vaak wordt uitgegaan van het product en de kosten ervan. Vervolgens wordt er een prijs vastgesteld waarmee de kosten van het product worden gedekt. Deze waarde wordt vervolgens aan de klant overgebracht.  Voorbeeld: ls een bouwbedrijf een project aanneemt, schat het de kosten en doet daar een winstopslag bovenop.
3. Overnemen van de gangbare prijs van de marktleider(s) Voorbeeld: Als je als kleine nieuwe speler op een markt komt waarin er weinig verschil is in het aanbod (denk aan grondstoffen).