Noem de algemene functies van de plasmamembraan.

• Fysieke isolatie: de plasmamembraan vormt een fysieke barrière vormt tussen de binnenkant van de cel en de extracellulaire vloeistof. De omstandigheden binnen en buiten de cel zijn sterk verschillend; deze moeten in stand blijven om de homeostase te handhaven.

• Reguleren van de uitwisseling met de omgeving: de plasmamembraan reguleert het binnenkomen van ionen en voedingsstoffen, het verwijderen van afvalstoffen en het afgeven van klierproducten.
• Gevoeligheid voor de omgeving: de plasmamembraan is het eerste deel van de cel dat wordt beïnvloed door veranderingen van buitenaf. De plasmamembraan bevat verschillende receptoren waarmee de cel specifieke moleculen kan herkennen en op deze moleculen kan reageren.
• Structurele stevigheid: door speciale verbindingen tussen celmembranen, of tussen membranen en extracellulaire stoffen, krijgen weefsels een stabiele structuur.