Noem de acht uitgangspunten van systemisch leidinggeven.

  • -leiding geven is voortdurend bijsturen (complexe systemen laten zich niet doelgericht sturen, omdat er te veel variabelen in het spel zijn, die elkaar soms eenzijdig of lineair, maar meestal tweezijdig of circulair beïnvloeden)
    -leiding geven vraagt om geduld, tijd, waarnemen en luisteren en bovendien om het waarderen van verschillen (bijsturen is gekoppeld aan begrippen als feedback, informatie en homeostase, die vragen om geduld, tijd, waarnemen en luisteren en het waarderen van verschillen om de doelen te kunnen benaderen)
    -leidinggevenden moeten bereidheid en welwillendheid creëren (over het betrekkingsniveau in het algemeen en het voeren van gesprekken in het bijzonder); (iedereen is expert met betrekking tot het werk dat hij verricht. Er is een goede reden waarom iemand de dingen op een bepaalde manier doet. Een leidinggevende moet het beste uit de medewerkers halen door hiernaar te vragen en daarmee bereidheid en welwillendheid te creëren. Het stellen van vragen is niet alleen een actie op het inhoudsniveau van de communicatie, maar vooral ook op het betrekkingsniveau)
    -de leidinggevende is een deel van het samenwerkingssysteem en geeft mede aan de samenwerking vorm (zijn bijdrage aan een goede kwaliteit van de samenwerking bestaat vooral uit de interesse die hij toont, de vragen die hij stelt, de feedback die hij daarmee verzamelt en de bereidheid die hij toont om met deze feedback iets te doen)
    -een leidinggevende dient aanwezig te zijn (de leidinggevende dient veelvuldig aanwezig te zijn, rond te lopen, vragen te stellen en zijn oor te luisteren te leggen. Daar zit een inhoudskant aan, namelijk het verzamelen van informatie en feedback, maar ook een betrekkingskant, te weten interesse, waardering, respect en beschikbaarheid)
    -een leidinggevende dient een voortrekker te zijn (daarnaast moet een leidinggevende een voortrekker en een gangmaker zijn, iemand die motiveert en de weg wijst. In vergaderingen en bijeenkomsten is hij verantwoordelijk voor terugmelding (evaluatie) en terugkoppeling (rode draad vaststellen en vervolgstappen bepalen))
    -een leidinggevende moet goed kunnen omgaan met meningsverschillen(het is voor de leidinggevende van groot belang om een positieve houding te ontwikkelen ten aanzien van meningsverschillen. Uitgangspunt is dat het legitiem is dat mensen een verschillende kijk op de werkelijkheid hebben)
    -perspectiefwisseling is nuttig (het brengt verschillende gezichtspunten aan het licht)

    Rapporteer Plaats commentaar