Noem de 5 monoculaire diepteaanwijzigen.

    1. grootte van het beeld (hoe groter hoe dichterbij)
    2. textuurgradient / dichtheid van weefselstructuur (veld met streepjes: dichterbij staan ze verder uit elkaar dan verder af)
    3. lineaire perspectief (lijnen lijken samen te komen naar punt achter de horizon)
    4. interpositie / overlapping van voorwerpen (voorwerp dichterbij bemmert zich op voorwerp daarachter)
    5. bewegingsparallax (vb bewegende trein, voorwerpen dichtbij (bv struiken) bewegen sneller voorbij dan voorwerpen ver weg (bv huizen)).

    Rapporteer Plaats commentaar