Noem de 3 levensfasen en beschrijf deze kort:

    1. de Receptieve fase: eerste twintig jaar van je leven waarin je zowel geestelijk als lichamelijk groeit. Receptief wil zeggend: gevoelig voor indrukken en informatie. Leren staat centraal in de receptieve fase.
    2. de Expansieve fase: 20 tot 40 jaar, je gaat het geleerde  en toepassen. Je kunt dit toelichten aan de hand van de piramide van Maslow. Je zoekt zelfstandige woonruimte(niv2), je zoekt een partner(niv3), je zoekt werk (niv 3 en 4) en je probeert een succesvolle loopbaan te ontwikkelen(niv4). Als alles lekker loopt en je hebt het naar je zin, bereik je het hoogste niveau: zelfverwerkelijking (niv 5). arbeid speelt een cruciale rol in het vervullen van fundamentele menselijke behoeften daarnaast levert het geld op en dat heb je in deze fase van je leven hard nodig om je leven letterlijk en figuurlijk in te richten.
    3. Sociale fase: vanaf begin 40. De mens staat op een wissel. Biologisch begint langzaam de achteruitgang van de functies. Mensen evalueren hun leven en vragen zich af of ze de juiste keuzen gemaakt hebben. In deze fasen treden accentverschillen op in behoeften en daarmee ook in de betekenis arbeid. Ook een positie waarin men ergens bij hoort (niv 3) is meestal aanwezig door werk, vriendenkring enz. Mensen in de sociale fase hebben vooral behoefte aan respect, erkenning , waardering(niv4) voor hun levenservaring en voor wat ze bereikt hebben.

    Rapporteer Plaats commentaar