Noem de 12 tekstverbanden op?

    1. opsommend verband
      ook, ten eerste, verder, etc.
    2. tegenstellend verband
      maar, echter, toch, etc.
    3. chronologisch verband
      eerst, dan, toen, etc.
    4. oorzakelijk verband (oorzaak-gevolg)
      doordat, daardoor, zodat, etc.
    5. toelichtend verband (voorbeeld)
      zo, bijvoorbeeld, zoals, etc.
    6. voorwaardelijk verband
      als, indien, wanneer, etc.
    7. vergelijkend verband
      zoals, net (zo)… als, evenals, etc.
    8. redengevend verband (argument)
      daarom, omdat, dus, etc.
    9. doel-middelverband
      om te…, opdat, daarvoor, etc.
    10. toegevend verband
      ook al, weliswaar, hoewel, etc.
    11. samenvattend verband
      kortom, samengevat, al met al, etc.
    12. concluderend verband
      dus, daarom, kortom, etc. 

    Rapporteer Plaats commentaar