Noem de 10 kerndoelen voor de onderbouw voor het vak Nederlands

1. De ll leert zich mondeling en schriftelijk begrijpelijk uit te drukken
2. De ll leert zich te houden aan conventies (spelling, grammaticaal correcte zinnen, woordgebruik) en leert het belang van die conventies zien
3. De ll leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn woordenschat
4. De ll leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven teksten.
5. De ll leert in schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen.
6. De ll leert deel te nemen aan overleg, planning, discussie in een groep
7. De ll leert een mondelinge presentatie te geven.
8. De ll leert verhalen, gedichten en informatieve teksten te lezen die aan zijn belangstelling tegemoet komen en zijn belevingswereld uitbreiden.
9. De ll leert taalactiviteiten (spreken, luisteren, schrijven en lezen) planmatig voor te bereiden en uit te voeren.
10. De ll leert te reflecteren op de manier waarop hij zijn taalactiviteiten uitvoert en leert, op grond daarvan en van reacties van anderen, conclusies te trekken voor het uitvoeren van nieuwe taalactiviteiten.