Noem condities die het leren door klassieke conditionering bevorderen en benoem een uitzondering.
Contingentie: de mate van samenhang van de OS met de CS (hoe sterker hoe eerder geleerd)
Tijdsduur: Hoe korter de tijd tussen OS en CS hoe eerder geleerd)
Uitzondering: Smaakaversie. Doordat een mens later ziek kan worden door eten kan de koppeling tussen OS (eten) CS (ziek) later gemaakt worden en heel sterk zijn (directe vermijdingsrespons door biologische toerusting).