Noem bij de verschillen vitaminen waar ze voor nodig zijn en geef een product aan waar het in zit:
  1. A
  2. B
  3. C
  4. D

    1. nodig voor het zien bij weinig licht en bij de groei
      tomaten, wortelen, melk, bloemkool
    2. nodig voor de werking van het zenuwstelsel
      vlees, melk, brood, vis
    3. nodig voor de weerstand bij ziekte
      groente en fruit
    4. nodig voor het afzetten van kalk in de botten
      eieren, kaas, boter

    Rapporteer Plaats commentaar