Noem 5 storende factoren.

  • Tussentijdse gebeurtenissen (dood na roken, drinken)
    Groeieffect (ouder, vermoeider)
    Testeffect (leereffect van herhaald testen)
    Instrumentatie (verandering in instrument: voor = monderling, na = schriftelijk)
    Regressie-effect (selectie van personen met extreme scores op beginmeting
    Storende selectiefactor (geen voormeting, zijn experimentele en controlegroep wel uitwisselbaar?)
    Mortaliteit (uitval door overlijden)

    Rapporteer Plaats commentaar