Noem 4 typen van gebruikersinterfaces en geef voor die typen enkele kenmerken aan.

1. CUI - character user interface: een interface waarbij men gebruik maakt van regels en karakters om een beeld op te bouwen van velden en teksten, opgebouwd uit letter-, cijfer- en leestekens
   
2. GUI - graphical user interface: beeldscherm waarvan elk beeldpunt afzonderlijk kan worden aangestuurd, er wordt gebruik gemaakt van images, dit zijn digitale rasterbeelden, opgebouwd uit stipjes ofwel beeldpunten. interactie gebeurt door het aanwijzen en bevestigen van iets
3. MUI - multimedia user interface: richt zich op integratie van allerlei soorten van informatie, term multimedia geeft aan dat voor de uitvoer en/of invoer van de computer meer dan een enkel medium gebruikt wordt
4. MMUI - multimodal user interface: interface van een multimodaal interactief systeem, dit is een systeem at gebruik maakt van op zijn minst twee verschillende modaliteiten voor input en/of output
5. BCI - brain computer interface: maakt gebruik van de manier waarop ons brein functioneert, een systeem wordt aangestuurd door de hersenen