Noem 4 soorten visserij in Nederland.

    1. Zeevisserij
      - Visserij met kotters: vissen op de gehele Noordzee vanaf 21 km buiten de kust. Met netten die over de bodem gaan wordt gevist op platvis zoals tong en schol. De vis wordt op de boot gesorteerd en vaak nog dezelfde dag aan wal gebracht en verhandeld.
      - Visserij met trawlers: deze boten zijn groter en vissen ook buiten de Noordzee. De netten hangen achter de boot. Deze boten zijn vaak wekenlang op zee. De vis wordt aan boord gekoeld, gesorteerd op soort en grootte, verpakt en opgeslagen in vriesruimten. Met vangt vooral haring, makreel en kabeljauw.
    2. Kustvisserij: visserij tot 21 km uit de kust. Dit is de Waddenzee, de Ooster- en Westerschelde. Afhankelijk van het quotum wordt er gevist op platvis (tong en schol), rondvis (kabeljauw, wijting en koolvis) en garnalen. Ook de schelpvisserij (mosselen en oesters) valt hieronder.
    3. Binnenvisserij: visserij op het IJsselmeer en op de Nederlandse meren en rivieren (aal, baars en snoekbaars).
    4. Aquacultuur: het kweken van aquatische organismen waarbij enige vorm van menselijk ingrijpen plaatsvindt in het natuurlijke groeiproces van het organisme.
      1/4 tot een 1/3 van de vis die we eten komt uit de aquacultuur.
      - Open kweek: in natuurlijk water waar een deel wordt afgezet met netten of hekken (zalm in Noorwegen)
      - Gesloten systemen (in NL alleen zoetwater: paling, meerval en forel).

    Rapporteer Plaats commentaar
    1. Zeevisserij
      - Visserij met kotters: vissen op de gehele Noordzee vanaf 21 km (12 mileszone) buiten de kust. Met netten die over de bodem (boomkorvisserij) gaan wordt gevist op platvis zoals tong en schol. De vis wordt op de boot gesorteerd en vaak nog dezelfde dag aan wal gebracht en verhandeld.
      - Visserij met trawlers: deze boten zijn groter en vissen ook buiten de Noordzee. De netten hangen achter de boot. Deze boten zijn vaak wekenlang op zee. De vis wordt aan boord gekoeld, gesorteerd op soort en grootte, verpakt en opgeslagen in vriesruimten. Met vangt vooral haring, makreel en kabeljauw.
    2. Kustvisserij: visserij tot 21 km uit de kust (binnen de 12 mileszone). Dit is de Waddenzee, de Ooster- en Westerschelde. Afhankelijk van het quotum wordt er gevist op platvis (tong en schol), rondvis (kabeljauw, wijting en koolvis) en garnalen. Ook de schelpvisserij (mosselen en oesters) valt hieronder. NL kustwateren van belang bij paaigebied (kinderkamer) en als voedselbron).
    3. Binnenvisserij: visserij op het IJsselmeer en op de Nederlandse meren en rivieren (aal, baars en snoekbaars). Soms eerste gekweekt en dan uitgezet in de binnenwateren. Pootvis verblijft nog even in wateren voordat het wordt gevangen.
    4. Aquacultuur: het kweken van aquatische organismen waarbij enige vorm van menselijk ingrijpen plaatsvindt in het natuurlijke groeiproces van het organisme.
      1/4 tot een 1/3 van de vis die we eten komt uit de aquacultuur.
      - Open kweek: in natuurlijk water waar een deel wordt afgezet met netten of hekken (zalm in Noorwegen)
      - Gesloten systemen (in NL alleen zoetwater: paling, meerval en forel).

    Rapporteer Plaats commentaar