Noem 3 uitsluitende omstandigheden van de definitie van mentale
stoornissen van DMS-IV-TR en APA 2000
Het syndroom moet niet louter:
1 een te verwachten en cultureel aanvaarde reactie zijn op een
bepaalde gebeurtenis (bijvoorbeeld rouw na de dood van een
familielid)
2 bestaan uit 'deviant' (afwijkend) gedrag (zoals acties van
politieke, religieuze of seksuele minderheden)
3 uitvloeisel zijn van conflicten tussen het individu en de
maatschappij (zoals pogingen om uitdrukking te geven aan de eigen
individualiteit)