1 niet selectief (andere organisme worden ook gedood)
2 niet afbreekbaar (gifstoffen blijven in de bodem zitten o worden bijv. ook dieren vergitftigs)
3ophoping van gifstoffen (stoffen die de dieren binnen krijgen worden in hun lichaam niet afgebroken . dieren die aan het eind van de voedselketen staan lopen vooral gevaar)