Diagnostische criteria voor de obsessief-compulsieve stoornis..
1.Er is sprake van de aanwezigheid van dwanggedachten of dwanghandelingen
2. De betrokkene is zich bewust (geweest) van de onredelijkheid of het overdrevene van de obsessies of compulsies
3.
De gedachten of handelingen veroorzaken duidelijk lijden of beperkingen
in het dagelijks functioneren en nemen dagelijks meer dan een uur in
beslag.
De klachten zijn niet het directe gevolg van middelengebruik of een
somatische aandoening. Als er sprake is van een andere as-I-stoornis,
hebben de dwanggedachten of -handelingen niet uitsluitend betrekking op
onderwerpen die kenmerkend zijn voor die stoornis (zoals een
preoccupatie(voor ingenomenheid) met voedsel bij eetstoornissen).