Noem 2 manieren van roken.

    1. Koud roken (max. 30 graden celsius): na zouting wordt de vis aan speten geregen.

      Kenmerken:
      - vel laat moeilijk los
      - vlees is niet gaar
      - vlees is ingedroogd en smaakt zout
      - enkele weken in de koelkast houdbaar

      Voorbeelden:
      - haring
      - zalm
      - forel

    2. Warm roken (tussen de 80 en 120 graden celsius): ook wel stomen.

      Kenmerken:
      - vel laat makkelijk los
      - vlees is gaar
      - vlees is sappig en smaakt licht zout
      - enkele dagen in de koelkast houdbaar

      Voorbeelden:
      - haring
      - makreel
      - paling

    Rapporteer Plaats commentaar