Nadat de Voorzitter het voorstel aan de commissie heeft toevertrouwd, schrijft hij een zogenaamde inbrengvergadering uit.
Evenals dat bij de Tweede Kamer het geval is, is mondeling overleg tussen de commissie en de verantwoordelijke minister mogelijk (art. 51 RvO I). Een belangrijk verschil met de gang van zaken in de Tweede Kamer is, dat de commissievergaderingen, afgezien van de verslaglegging en van openbare hoorzittingen, een vertrouwelijk karakter dragen (art. 42 RvO I).
De Eerste Kamer kan alleen aanvaarden of verwerpen. Stemmingen over (sub)amendementen en afzonderlijke wetsartikelen en over de considerans zijn dus niet aan de orde.

Rapporteer Plaats commentaar