n de afgelopen jaren hebben percutane interventies in toenemende mate allerlei chirurgische procedures vervangen. Vooral in het aorto-iliacale traject is de percutane behandeling van stenosen en occlusies succesvol en wordt de patiënt meestal pas geopereerd nadat een percutane procedure heeft gefaald. De resultaten die worden behaald met primaire PTA en met primaire bypasschirurgie bij femoropopliteale afwijkingen, ontlopen elkaar niet veel.
Bij een arteriële afsluiting door een trombose of bij occlusie van een bypass kan intra-arteriële trombolyse worden toegepast. Het is niet aangetoond of trombolyse dan wel een operatieve procedure beter is. Er kon geen verschil in amputatiepercentage en mortaliteit na één, zes en twaalf maanden worden vastgesteld. De indicatie voor intra-arteriële trombolyse is een acute of subacute arteriële trombose < 14 dagen oud. In het geval van een acute afsluiting moet zo snel mogelijk worden behandeld (binnen 6 uur) en moet de ernst van de ischemie (de vijf P’s, zie kader par. 39.4) worden meegewogen. Afhankelijk van de faciliteiten die in het ziekenhuis aanwezig zijn, kan revascularisatie soms sneller worden bereikt met een operatie (trombo-embolectomie of bypass). Bij de trombolyse wordt een katheter met kleine zijgaatjes ter plaatse van het stolsel gelegd, waarna een stolseloplossend middel (trombolyticum, bijvoorbeeld urokinase) wordt ingespoten.