Per dag produceren de maagsap klieren 2,5-3 liter maagsap. Maagsap bestaat uit 5 stoffen:
Water; oplosmiddel en verdunningsmiddel
Pepsine; proteinasine, die eiwitten in kleinere polipeptiden ketens splitst. De hoofdcellen scheiden pepsinogeen uit, dat een niet-actief voorstadium is van pepsine, zodat de maagwand-cellen niet worden afgebroken. Pas in het maaglumen wordt pepsinogeen door zoutzuur omgezet in pepsine. Pepsine kan pepsinogeen omzetten in pepsine, dus kettingreactie --> positieve terugkoppeling.
Zoutzuur (HCL); Heeft meerdere functies. Zoutzuur zet het inactieve pepsinogeen om in het actieve enzym pepsine. Zoutzuur verlaagd bovendien de zuurgraad van de voedselbrij, waardoor de pepsine optimaal werkt. Zuur denatureert (verbuigen / ongeschikt maken voor consumptie) eiwitten zelf ook al. HCL lost kalk- en collageen-houdende voedseldeeltjes gedeeltelijk op. Tot slot heeft zoutzuur een ontsmettende werking, doordat het veel micro-organismen in voeding vernietigd.
Intristic factor (endogene factor = in het lichaam gemaakt); Deze stof is noodzakelijk om vitamine B12 in het voedsel (extrinsic factor = van buiten het lichaam afkomstig) naar het bloed te transporteren. De intristieke factor vormt samen met vitamine B12 het IF-B12 complex, dat via de darmwand opgenomen wordt.
Slijm; vormt een beschermende laag die ondoordringbaar is voor pepsine en zoutzuur, zodat deze stoffen de maagwand niet kunnen aantasten. Slijm voorkomt 'schuren' van voedsel en voorkomt daarmee beschadigingen