Kessels definieert externe consistentie als de mate waarin betrokkenen bij het programma dezelfde opvattingen delen over de aard van het probleem, de gewenste eindresultaten en over de weg naar de oplossing toe.

Reden hiervoor is dat de leerprocessen in de praktijk krachtiger zijn dan de training in een leslokaal.

De ontwerper intervenieert in de sociale context door bijvoorbeeld vergaderingen, ontwerpbijeenkomsten of het voeren van gesprekken met belanghebbenden.

Het benadrukt het belang van de relationele dimensie.

Rapporteer Plaats commentaar