Je kunt op twee wijzen de inhoud van media meten om tot frames te komen: inductief en deductief.

Inductief houdt in dat je met een open blik naar een nieuwsartikel kijkt, zodat je het hele scala aan mogelijke frames kunt onthullen. Je begint met heel losse concepten over wat frames kunnen zijn. Het voordeel van de inductieve manier is dat je alle mogelijke frames kun detecteren. Het nadeel is dat deze manier zeer arbeidsintensief is, vaak gebaseerd op kleine samples en kan moeilijk zijn om te repliceren.

Als je op een deductieve wijze op zoek gaat naar mediaframes, dan heb je van te voren al vastgesteld naar welke frames je zoekt in de media. Je onderzoekt in hoeverre deze vastgestelde frames voorkomen in het nieuws.

Hiervoor is het van belang om een goed beeld te hebben van de mediaframes die hoogstwaarschijnlijk in het nieuws voorkomen. Als je dit van te voren niet hebt, dan loop je risico belangrijke frames over het hoofd te zien. Deze manier van onderzoeken kan makkelijk gerepliceerd worden en kan op grote samples worden toegepast. Bovendien maakt het het mogelijk om verschillen te deteceren tussen media (bijvoorbeeld tussen televisie versus krant) en binnen media (bijvoorbeeld serieuze kranten versus tabloids).

Rapporteer Plaats commentaar