Gevolgen van verzuim

    1. 6:84 na het intreden van verzuim komt in beginsel elke oorzaak die nakoming verhindert voor rekening van de schuldenaar. Het risico voor overmachtsituaties verspringt van de schuldeiser op schuldenaar, tenzij de situatie ook bij tijdig presteren was ontstaan.
    2. 6:85 de schuldenaar moet over de periode waarin hij in verzuim is vertragingsschade betalen.
    3. 6:87 de schuldeiser kan  na intreden van verzuim de verbintenis omzetten in een verbintenis tot vervangende schadevergoeding (niet bij tekortkoming van ondergeschikte betekenis, zoals niet werkende sigarettenaansteker in nieuwe auto)
    4. 6:265 De schuldeiser kan de overeenkomst ontbinden. (nakoming tijdelijk of blijvend onmogelijk, dan ontbinden ook zonder verzuim mogelijk)

    Rapporteer Plaats commentaar

    1. Het belangrijkste gevolg van verzuim is dat de schuldenaar vertragingsschade moet betalen (6:85 BW)

    2. Voor zover nakoming niet reeds blijvend onmogelijk is, wordt de verbintenis omgezet
      in vervangende schadevergoeding, wanneer de schuldeiser schriftelijk aan de
      schuldenaar mededeelt dat hij de schadevergoeding i.p.v. nakoming vordert (6:87
      BW). De tekortkoming moet de omzetting wel rechtvaardigen.
      Voorbeeld: A en B zijn overeengekomen dat A aan B honderd hanggeraniums zal
      leveren voor de prijs van 3 euro per stuk. Als ze bij B worden afgeleverd blijkt dat de
      verkeerde plant betreft. B deelt A schriftelijk mede dat hij geen nieuwe hanggeraniums
      wenst, maar wel vervangende schadevergoeding i.p.v. nakoming vordert.


    3. Het risico slaat in beginsel om ten nadele van de schuldenaar. Elke onmogelijkheid
      van nakoming, ontstaan tijdens het verzuim van de schuldenaar en niet toe rekenen
      aan de schuldeiser, wordt aan de schuldenaar toegerekend; deze moet daardoor
      ontstane schade vergoeden (risico-omslag) (6:84 BW)


    4. De schuldeiser is in beginsel uitsluitend ingeval van verzuim van de schuldenaar
      bevoegd om een wederkerige overeenkomst te ontbinden, tenzij nakoming blijvend of
      tijdelijk onmogelijk is (6:265 lid 2 BW)

    Rapporteer Plaats commentaar