Geslaagde communicatie kan alleen plaatsvinden wanneer alle gespreksdeelnemers

dezelfde contextuele informatie voor relevant houden en daardoor overeenstemmen in de

interpretaties die ze maken van elkaars uitingen. En het is precies het beurt-voor-beurt

karakter van gesprekken dat gespreksdeelnemers de mogelijkheid biedt hun verwachtingen

met elkaar in overeenstemming te brengen. De verwachtingen ten aanzien van een te

voeren gesprek kunnen nog zo evident zijn en de betekenis die je aan bepaalde uitingen

moet hechten kan daardoor nog zo eenduidig lijken, het is pas in het sequentiële proces van

het gespreksverloop dat een gespreksdeelnemer in staat is die verwachtingen en

interpretaties te laten blijken en te toetsen aan die van de gesprekspartner(s).

Peter Auer (1992) gebruikt voor de contextuele informatie die pas in het concrete

gespreksproces gedeeld wordt de term ‘context brought about’: het tot stand gebrachte

interpretatiekader.

Gesprekken laten een samenspel zien, maar tegelijk ook een spanning, tussen deze twee

typen context. Interpretaties gemaakt op basis van meegebrachte context zijn individueel en

nog niet getoetst aan de interpretatie van de gesprekspartner. Voor geslaagde communicatie

is het noodzakelijk dat gesprekspartners erin slagen om in het sequentiële verloop van het

gesprek interpretatiekader tot stand te brengen. Zo’n tot stand gebracht interpretatiekader

wordt ook wel common ground genoemd (Clark 1996) om aan te geven dat het een

gedeelde basis is voor het verdere verloop van het gespreksproces. Tegelijk wordt met elke

nieuwe beurt in het gesprek deze gedeelde basis verder ontwikkeld. Het is geen statische

kennis van gespreksdeelnemers. Wat in het gesprek geldt als gedeelde interpretatiekader,

kan in principe met elke nieuwe beurt worden verandert.

Rapporteer Plaats commentaar