Geschiedenis

4.1 De Pruikentijd

 

Nederland was in de 17e eeuw het rijkste land van Europa, die voorsprong ging in de 18e eeuw verloren. Het modeartikel in de 18e eeuw was de pruik voor de mannen. Voor de vrouwen was er de hoepeljurk. In de landbouwstedelijke samenleving van Frankrijk kwamen handel en nijverheid tot bloei. Rond Parijs ontstonden bedrijven die textiel, wapens en luxe artikelen als behangpapier en wandtapijten maakten. In de havens kwamen alle landbouwproducten aan. Het grootste deel leefde aan het eind van de 18e eeuw van de landbouw, hiermee betaalden ze hun belasting, de huur van hun grond etc. Frankrijk had vroeger een standenmaatschappij, dat houd in dat er de adel, de geestelijkheid en de boeren/burgers hun eigen stand hadden. De geestelijkheid was het belangrijkste, gevolgd door de adel en als laatste de boeren/burgers. De eerste twee standen hadden ook privileges, ze hoefden bijvoorbeeld geen belasting te betalen. Aan het eind van de 18e eeuw kwam er de verlichting. Doordat mensen anders gingen denken over dingen, kwamen er nieuwe uitvindingen. Mensen dachten dat iemand met een rede en het verstand alles konden verklaren.

Rapporteer Plaats commentaar