Genoemde overheidsbijdrage op het terrein van onze markteconomie is vooral institutioneel van aard: via wetgeving worden organisaties/instellingen en instituten tot stand gebracht die tot de taak hebben een betere afstemming van vraag en aanbod van arbeid te realiseren. Was deze taak jarenlang aan de arbeidsvoorzieningenorganisatie toebedeeld op basis van de daaraan en grondslag liggende Arbeidsvoorzieningswet, met ingang van 1 januari 2002 heeft de wetgever een geheel andere organisatie in het leven geroepen. Mismanagement en een daarmee verbonden financieel debacle aan de 'top' van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie en de wens van de overheid een aantal publieke taken samen te bundelen zijn reden geweest voor het in het leven roepen van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (Wet SUWI). Een belangrijke rol is daarbij toebedeeld aan het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). Op grond van art. 30 e.v. Wet SUWI heeft dit instituut onder meer tot taak werkzoekenden te registreren en een vacaturebank bij te houden. Daarnaast dient het bijvoorbeeld ook geschikte vacatures aan werkgevers voor te leggen. Krachtens art. 10 Wet SUWI heeft het UWV de plicht voldoende bereikbare locaties werk en inkomen in stand te houden, die de meeste taken genoemd in art. 30 e.v. Wet SUWI moeten uitvoeren.

Rapporteer Plaats commentaar